Thessaloniki lacht.
Ze lacht met haar terrassen en haar katten.
Met haar verse vis op de markt, haar studenten op banken in het park, haar zon die alles kust.
En ja — ik hou van die lach. Ze is echt.
Maar wat ik ook voel, is wat daaronder zit.
Sinds ik hier woon, heb ik iets ontdekt dat je als toerist niet meteen ziet.
Er hangt iets in de lucht. Niet in de geur van de zee of de rook van de souvlaki. Maar in de blik van mensen. In hun lichaamstaal. In de manier waarop gesprekken soms abrupt stilvallen.
Vraag naar Tempi, en je ziet het gebeuren:
een schouder die zich opspant, een blik die afdwaalt, soms een traan in een ooghoek.
Ik weet niet of ik het ooit helemaal zal begrijpen, maar wat ik wél weet:
dit is een stad met een wond.
Op 28 februari 2023 botsten twee treinen frontaal op elkaar.
Een passagierstrein, vol studenten — de meesten uit Thessaloniki.
En een goederentrein, die chemisch spul vervoerde dat al jaren verboden was.
57 doden, zeggen de officiële cijfers. Maar iedereen weet dat het er meer waren.
Ze stierven niet allemaal door de klap.
Velen zijn gestikt in hun slaap.
In hun coupé's, gevuld met giftige dampen.
Ze hadden geen kans.
Een dag later al werd het spoor waar het gebeurde met beton overgoten.
Geen forensisch onderzoek, geen tijd om alles degelijk te bekijken.
Menselijke resten zijn tot twintig kilometer verderop teruggevonden.
De verklaring? “De wind”, zei de regering.
Maar iedereen weet: ze hebben gewoon alles snel opgeruimd.
Alsof het puin in de weg lag van het officiële verhaal dat ze wilden brengen.
Wat daarna kwam, was ongezien.
Honderdduizenden mensen in Thessaloniki op straat.
In heel Griekenland een miljoen.
Ik heb de beelden gezien op YouTube. Die gezichten. Die spandoeken. Die kreet:
“Δεν ήταν ατύχημα. Δεν ήταν σφάλμα. Ήταν δολοφονία.”
“Het was geen ongeluk. Het was geen vergissing. Het was moord.”
En ik voel het.
Zelfs nu.
Ik voel het in mijn keel wanneer ik eraan denk.
Hoe moet het dan zijn voor de ouders? Voor de vrienden? Voor de stad?
Want bijna alle studenten kwamen van hier.
Thessaloniki verloor een generatie.
En ja, het leven is hier mooi.
De zon schijnt, de mensen lachen, het leven bruist.
Maar wie alleen dat ziet, kijkt niet goed.
Onder die zon ligt iets wat niet verteerd is.
Onder de vrolijkheid zit een pijn die nergens heen kon.
Ik heb het zien leven in graffiti op een muur:
“Μην συνηθίσεις τον θάνατο.”
“Raak de dood niet gewend.”
Ik hoop dat ik dat ook nooit zal doen.
En terwijl ik dit schrijf, op een prachtige, zonnige zondagnamiddag in juni, rollen de tranen over mijn wangen.
Omdat ik voel wat deze stad voelt.
Omdat je dit verdriet niet zomaar naast je neer kunt leggen.
Omdat sommige dingen onder de mat worden geveegd,
maar nooit uit het hart.
Van uw correspondent ter plaatse.
A+
Prachtig dat en hoe je dit verwoordt. Je zult de harten van de mensen stelen als je ze kunt duidelijk maken hoe je dit voelt.
BeantwoordenVerwijderenMet chat gpt je teksten in het grieks vertalen, heb je daaraan gedacht?
Als ik verder denk in de optie dat dit geen ongeluk was….
Een soort twin towers op zijn grieks…