woensdag 11 juni 2014

WOEDE OM DE STILLE DODER


“Zo'n schoon weer. Iedereen zou moeten huppelen over straat.”, zei de longspecialist. “In plaats daarvan... kuchen ze over straat.” Hij keek eens door het raam en verzuchtte: “Ik denk toch dat ze de laatste tijd iets speciaals in die uitlaatgassen draaien.”
“Ja”, had hij daarvoor gezegd, “Iedereen hoest.” Verhuizen om dat ernstig longprobleem van mijn partner had geen zin. “Ik durfde ouders met een zwaar astmatisch kind vroeger nog naar de Kempen sturen, maar Vlaanderen heeft gewoon de slechtste lucht van Europa. Als ge weg wilt, moet ge ver gaan”, zei hij laconiek.De longziekte van mijn partner, bevestigde hij, had wellicht te maken met waar we woonden. In Brussel, Vlaanderen.
Wel, Vlaanderen en Brussel: dikke merci.

Kanarie in de koolmijn

Dat soort kennis doet je een kanarie in de koolmijn voelen. Ademen wordt iets verraderlijks en ziekmakend. Voor de zoveelste keer begon het te malen: zouden we emigreren?
Ik heb het lang loze gedachten van me gevonden. Nu is mijn tegenzin nog moeilijk te negeren.
Ik ben het beu om een testsnuif door het raam te nemen, te kijken naar de hoeveelheid verkeer eer ik met de baby wandelen ga. Ik ben het beu dat mijn kleuter in een stekevervuild stuk Brussel naar school gaat en ik vind de keuze tussen gezonde emoties en leeromgeving versus gezonde longen en organen, géén keuze. Op Autoloze Zondag ruikt de Lambermontlaan naar bomen, bloemen en fris. Eén dag laat die lucht al herstellen. Met andere woorden: die lucht wordt dagelijks actief verpest.
Blijkbaar vergas ik mijn kinderen door in de stad te wonen. Wij doen dat om geen auto nodig te hebben. Nu bekruipt me soms de zin een enorme viermaalvier aan te schaffen, ergens goedkoop en afgelegen te gaan wonen, mijn eigen kinderen rondtuffend gezond te houden en die van anderen te vergassen.
Ook geen oplossing natuurlijk.
Ik ben het beu om iedereen te horen hoesten. Zomerverkoudheid, my ass: niemand hoort in juni te hoesten.
Ik ben waarschijnlijk te betrokken om te schrijven. Veel te kwaad om iets dat eigenlijk iets theoretisch is.
Fijn stof.
Dat is toch theoretisch, hé, fijn stof?
 

Vlaanderen, donkerroodste regio van Europa

Ik hou wel van de overheid. Een bedrijf heeft baat bij een getinte waarheid, de overheid geeft wat lompweg de feiten.
Qua fijn stof toont de site van de milieumaatschappij de feiten. Per uur evolueren de Vlaamse kaarten in CO2-, ozon- fijn stof- en andere normen. Blokjes kleuren groen naar blauw, geel, oranje en rood. Ze worden bijna nooit rood. Vlaanderen lijkt safe.
Op de gelijkaardige kaarten op Europees niveau wordt de kleur blauw overgeslagen. Daardoor kleurt Vlaanderen het donkerst beschikbaar alarmrood – en dat blauw van de VMM lijkt ineens een marketingkleur. Ons rood delen alleen de diepste industriegebieden van Noord-Italië en Polen.
Punt is: wij hébben geen grote industriegebieden. In Vlaanderen wordt in hoofdzaak geleefd.

Lakse normen, nog laksere normen en mediastilte

De Europese normen qua fijn stof zijn niet strikt. Die halen we niet. Binnen die lakse normen kreeg België een nog slapper objectief opgelegd voor vermindering van CO2-uitstoot en fijn stof. Bij het laatste rapport, een paar weken geleden, haalden we het niet eens bij benadering.
Tikt Europa België op de vingers over economie, dan zit Reyers Laat vol economiespecialisten en blokletteren de media. Dit leverde nauwelijks een achterafartikeltje op.
Als ons land een vent was stonk hij, pafte hij, had hij longkanker en orgaanrot en weigerde hij er iets aan te doen.

Strategische meetpunten

Ik dacht: ik word paranoïde. Waarschijnlijk is het minder erg. Fijn stof is immers een heel “lokale” aangelegenheid. In een dichtbevolkte regio als Vlaanderen, zeggen wetenschappers, ben je soms beter af in een rustige stadsstraat dan een drukke plattelandssteenweg. In Borgerhout is het meetpunt aan de straat veel heftiger dan dat aan tuinkant. Kortom: misschien hebben die moffen hun groene meetpuntjes slinks in bossen gezet en meten wij op de drukste punten.
Ik check dus de Brusselse metingsplekken – want Brussel ken ik. Stuk voor stuk staan die aan het rurale KMI in Ukkel, aan parken en schaarse groenzones.
Eén metingspunt toont een realistische fileomgeving: de Belliardstraat. Net dat metingspunt meet géén fijn stof.
Is het in Brussel, en mogelijk op veel Vlaamse plekken, mogelijk veel erger dan gedacht?
Putain. Nu voel ik me echt belazerd. Door de overheid dan nog.
 

Even een hoopvol stukje

Op dit punt wordt u wellicht moedeloos. Zo gaat dat met milieuproblematiek: wat doe je aan oceaan-plasticsoep of aan broeikasgassen?
Fijn stof echter is best goed op te lossen. Het slaat erg snel neer en is lokaal, dus vrij simpel aan te pakken. Je lucht wordt dan van de ene dag op de andere frisser. Je overkapt drukke wegen, dijkt verkeer in, voert tol in, promoot groene energie (ja, zonodig met subsidies, noem het investeringen). Je maakt zo proper mogelijk rijdend openbaar vervoer goed, zodat die maatregelen doenbaar worden. Je faciliteert thuiswerk, fietsverkeer, alle vormen van autodelen, afstandsloketten die verplaatsingen besparen, autoluwe steden die door hun gezonde en omgeving aantrekkelijker worden dan plattelandsleven.
Dat zorgt voor verandering, een enorme besparing in gezondheidszorg en een enorme toeristische troef in milieubewuste tijden. België is transitland voor vrachtverkeer, dus tolrijden saneert óf je economie door extra opbrengsten óf je lucht doordat ze ons land vermijden en onze wegen niet verslijten.
Er zijn geen excuses meer, en dit is dringend. We wonen collectief in een schreeuwend rode zone, die wellicht veel donkerder kleurt dan de metingen doen uitschijnen.
En toch doet vrijwel elke politicus alsof zijn neus bloedt.
 

Aromatischer uitlaatgassen: versie 2.0

“U had gelijk, hé”, zei ik de longspecialist. “Ze draaien er inderdaad iets speciaals in.”
Uitlaatgassen van de nieuwe generatie benzinemotoren bevatten veel meer lood, benzeen, en ander fijn stof, berichtte Knack. Ze noemden dieselmotoren niet minder slecht dan benzine en opperden afschaffing van de extra milieutol.
Nee, stelletje. “Benzinemotoren maken u ook rapper dood”, dàt is je kop. Of “Vlaanderen nog meer vergast”. Of “Binnen twintig jaar allemaal kanker."

Politieke moed

Intussen moet de Brusselse Ring verbreed en moet het centrum een miniring, want die microscopische autoloze zone in centrum Brussel mocht eens een auto omleiden. En zijn we echt af van het BAM-tracé?
De bijna tien (10) gezonde levensjaren die fijn stof elke Vlaming kost, zijn die zo verwaarloosbaar?
Dat fijn stof foetussen lichter maakt en premature geboortes kost, kinderlongen er als rokerslongen doet uitzien, evenveel schade berokkent als het verketterde passief roken?
We moeten economisch renderen, competitief zijn en besparen.
Moeten we niet leven?
Hebben we geld over in gezondheidszorg om die massaal traag omkomende mensen te verzorgen?
In welke eeuw leven onze beleidsmakers verdomme?
Ja, weer een vloek. Al maanden denk ik: ik ben te betrokken. Ik mag hier niet over schrijven. Al maanden maakt elk stukje informatie betere berichtgeving noodzakelijk.
Ik weet niet precies wie in de nieuwe regering zal zitten. We hebben hen onze stem gegeven, dat is zeker. Dat is een vorm van vertrouwen: alstublieft, en zorg nu voor ons. Beheer dit land goed.
Ik voel mij kwaad, opgelicht, doelbewust vergast en in de steek gelaten.
Wij, onze frêlere kinderen en ouders, wij willen niet meer dood in versnelling.

Ik weet dat het politieke moed eist.
Maar iemand moet dit doen.
Er zijn genoeg doden gevallen.
Maak mij alstublieft trots om mijn stem.
 
(Celia Ledoux is auteur en columniste.)

1 opmerking:

  1. Ik zelf merk toch ook een groot verschil in luchtkwaliteit Turnhout - Arzal. Ik heb in Arzal weinig of geen last van mijn luchtwegen. :-) Nonkel Herman :-)

    BeantwoordenVerwijderen